Wassen aan de wastafel – Hoe doe ik het juist

Maak, wanneer de situatie niet aan de Praktijkrichtlijnen Fysieke Belasting voldoet, gebruik van hulpmiddelen zoals een verrijdbare en/of in hoogte instelbare stoel, of van een of van een andere methode zoals het wassen op bed. Wanneer een zorgvrager aan het aanrecht of de wastafel gewassen wordt kan er sprake zijn van een beperkte wasbeurt, maar ook van een grote wasbeurt omdat douchen niet volgens de praktijkrichtlijnen mogelijk is. Afhankelijk van de conditie en bewegingsmogelijkheden van de zorgvrager zal deze staan of zitten en zal er meer of minder hulp en/of ondersteuning nodig zijn

Voorbereiden

Uitvoeren

  • Zorg dat de benodigdheden die door de zorgvrager gebruikt worden èn die door uzelf gebruikt worden onder handbereik en op de juiste hoogte klaarliggen.
  • Zorg voor voldoende ruimte zodat alle handelingen in een gunstige houding uitgevoerd kunnen worden.
  • Zorg voor een veilig steunpunt wanneer de zorgvrager van houding moet veranderen of niet zonder steun kan staan.
  • Zorg dat de zorgvrager op de juiste hoogte gebracht kan worden (bijvoorbeeld hoog-laag douchestoel), of zorg voor een zithulpmiddel om op de juiste werkhoogte te werken.
  • Vraag de zorgvrager zo veel mogelijk handelingen zelf te uit te voeren of vertel hoe hij een bijdrage kan leveren. Pas omstandigheden en hulpmiddelen hierop aan.
  • Werk in een rustig tempo zodat de zorgvrager de kans heeft mee te werken.
  • Werk vanuit een stabiele stand.
  • Werk recht voor (de handen voor het lichaam) en dicht bij het lichaam (de ellebogen bij de romp).
  • Doe geen twee handelingen tegelijkertijd, zoals ondersteunen en wassen van het onderlichaam.
  • Vraag de zorgvrager zich tijdens het wassen in de juiste positie op te stellen (bijvoorbeeld benen op hoogte brengen, stoel draaien) en mee te bewegen (bijvoorbeeld het hoofd naar u toedraaien).
  • Houdt de zorgvrager zo veel mogelijk toegedekt (kleding, handdoek) zodat hij niet afkoelt in een ruimte met een aanvaardbare temperatuur of waar geventileerd wordt.

Afronden

  • Controleer of de zorgvrager in een comfortabele situatie achterblijft: kleding in orde, positie in stoel of bed, e.d.
  • Evalueer de handeling: als de situatie zodanig verandert dat de praktijkrichtlijnen overschreden (dreigen te) worden kies dan opnieuw voor de meest geschikte methode en hulpmiddelen, bekijk de nodige aanpassingen in de werkomgeving, aan kleding en/of van incontinentiemateriaal.
  • Beoordeel eventuele transfers met een daarvoor bestemd instrument.
  • Rapporteer aan de eerstverantwoordelijke zorgverlener.

Foto’s aan de wastafel